In september 1944 gebeurt het ondenkbare: geallieerde bommenwerpers vliegen over Sanatorium De Mick en schakelen in een bommenregen het Duitse afweergeschut uit dat op het dak was opgesteld. De Mick is een ravage, het prachtige gebouw van Van Steenbergen is hopeloos verloren.

Over de precieze omstandigheden van de dramatische gebeurtenissen zijn weinig details gekend. Er doen heel wat verhalen de ronde. Dat dokter Lardot in het verzet actief zou zijn geweest en in 1941 naar Brasschaat was overgeplaatst omdat het te heet onder zijn voeten werd. Dat diezelfde dokter connecties zou gehad hebben bij het verzet en daarom tijdig het bevel tot evacuatie kon geven. Dat er ook Joodse vluchtelingen in het sanatorium een schuiloord werd geboden. Om de ware toedracht te kennen zal een verdere studie nodig zijn. Feit is dat De Mick ontruimd werd voor het bombardement en dat de 28 patiënten veilig thuis waren toen de bommen vielen.

Enkele weken na die duistere uren in september zijn de geallieerden voldoende opgerukt om toe te laten om een bezoek te brengen aan De Mick en de schade op te meten. Een riskante expeditie, onvervaard ondernomen door de jonge afgevaardigd-beheerder (directeur) Pierre Van den Bergh, die een autootje huurt in Antwerpen en ermee naar Brasschaat rijdt. Onderweg worden dokters Noeninckx en Lardot opgeladen. Helaas, het domein rond De Mick bevindt zich nog midden in de frontlinie tussen Canadezen en Duitsers!


(Bron: Volksgazet, 7 oktober 1944)

Enkele maanden later wordt nogmaals een bezoek gebracht aan de site, ditmaal in het gezelschap van Canadese militairen van de Queen's Own Cameron Highlanders. Het wordt een desolate wandeltocht door het maanlandschap van het domein. 

Maar de Belgische Transportarbeidersbond en Heropbeuring blijven niet bij de pakken zitten. In 1947 zijn er reeds plannen klaar voor een nieuw en veel groter sanatorium dat op de puinen van het vorige moet herrijzen. Tegen eind 1947 zijn de sloopwerken achter de rug en in 1949 begint de wederopbouw.